Veel onzin als bladvulling
Ik ontving van een paar verzamelaars wat artikelen uit de bladen Nouveau en Elegance van december 2005. In Nouveau liet de kerstversieringverzamelaarster Helga Hofman schrijven dat zij
van haar grootouders vele antieke versieringen geërfd had en heeft daarna die collectie verder uitgebreid. Ze is gek van antieke versiering. Nu is daar natuurlijk niets mis mee maar in het
artikel staan een paar teksten en afbeeldingen waarvan ik niet zo gecharmeerd ben.
Helga geeft aan dat de glazen vogeltjes vaak gemaakt werden op de glasboerderijen in het Ertsgebergte.
De glasblazers zouden de vogels als “meesterstuk” maken. Ik ben er altijd van uitgegaan dat vogeltjes van glas o.a. gemaakt werden in de thuiswerkplaatsen van Lauscha en z’n omgeving maar
ook in glasblazerijen die in verschillende landen aanwezig waren. Zelfs in Nederland bij de Nijmeegse E.N.G. werden ze gemaakt (zie deel 2 en 3). Het Ertsgebergte staat bekend om zijn houten
versieringen van piramides, figuren en speelgoed maar om nu te stellen dat het Ertsgebergte de “thuisplaats” van de glazen vogels was!!
Ook geeft Helga aan dat gave antieke vogeltjes
tussen de twee- en driehonderd euro kunnen opbrengen! Waarschijnlijk dat ik dan toch mis ben met de vervaardigingplaatsen van de vogeltjes want vogeltjes van goud, daarvan heb ik de werkplaats
nog niet kunnen ontdekken!
Over grote kerstmannen,
die in 3 tot 5 meter hoge bomen hebben gehangen in kastelen en wijnboerderijen, of aan guirlandes in het trappenhuis, geeft ze aan dat die wel een vierhonderd euro kosten! Blijkbaar heeft
Helga een vrij duur inkoopadres! Maar wat mij stoort is dat de grote Kerstman (nr. 11), die zij in de lamp heeft hangen en naast de tekst is afgebeeld, een vrij nieuwe is terwijl de tekst bij
die foto een antieke kerstman suggereert!
Dat kerstmanpoppen, die vroeger in etalages of bij de gegoede stand hebben gestaan, soms vele duizenden euro’s op moeten brengen is iets waarvan
zij blijkbaar geen notie heeft.
In het artikel staan meerdere afbeeldingen van
versieringen welke jonger zijn dan dat de tekst ons wil laten geloven. Bij afbeelding, nr. 4, staat de tekst: “Uit het Ertsgebergte in het oosten van Duitsland komen veel rijk gedetailleerde
kerststerren en –sterretjes. Mijn lieveheersbeestje heeft zijn rode lakvleugeltjes nog”. Vreemd is dan dat het afgebeelde lieveheersbeestje uit Polen afkomstig is en niet ouder is dan 40-50 jaar.
De afgebeelde ster is waarschijnlijk uit Japan of Tsjechië.
Gelukkig staan er een aantal mooie vogels en kerstballen afgebeeld die wel een ouderdom hebben van tussen de 70-90 jaar. Altijd
fijn om daar van te genieten. Waarschijnlijk heeft Helga weinig invloed gehad in de plaatsing van de versieringen en zijn er daardoor ook foutjes in de tekst geslopen.
Nu zijn er misschien
verzamelaars die zeggen: “Goh, waar maak je je druk om”. Dat wil ik dan wel even uitleggen: Omdat er de laatste jaren steeds vaker artikelen verschijnen waarin zogenaamde kenners hun zegje doen.
De journalist is onwetend en heeft alleen maar belang om een artikel te maken. Ik erger mij aan de nonchalance zoals er omgegaan wordt met dateringen en historische feiten. Prijzen die nergens
op slaan. Of het gegeven, Helga is galeriehoudster en haar dochter vormgeefster van het artikel, er iets mee te maken heeft? Wie het weet mag het zeggen. Als we ons verzamelgebied willen
beschermen tegen dit soort vreemde zaken moeten we niet van die onzinverhalen naar buiten brengen. Daar is niemand mee gebaat.
In Elegance is Ellen Schutt aan het “woord”. Het artikel is
geschreven door Miety Heiden. Zij was per 1 oktober 2005 aangesteld als senior director van veilinghuis Sotheby’s in New York. Waarschijnlijk zijn het bekenden van elkaar als ik de gegevens op Linkedin
bekijk. Een bekende die toevallig een paar oude versieringen heeft wordt gevraagd voor een artikel. Leest u de tekst eens van de kop van het artikel. Misschien dat u wat opvalt?
Mij in ieder geval
wel. Ik weet nu dat oude kerstversiering geen interessant verzamelobject is! Het is maar wat je verstaat onder interessant! Tja! Om voorbij te gaan aan al die duizenden verzamelaars over de hele wereld
is wel erg kort door de bocht. Maar ook dat de “herkomst van de scheepjes in Nederland gezocht moet worden” is een tekst die mij doet huiveren.
Als zij weet, hoe weet zij dat?, dat het
afgebeelde materiaal uit Nederland komt dan zijn dus alle eerdere onderzoekingen, publicaties en aannames over dat soort versiering flauwekul. Niet gehinderd door kennis blaast ze aardig van de toren
in de rest van het artikel. Jammer want door de discutabele teksten worden lezers van het artikel op het verkeerde been gezet. Een artikel met allerlei dubieuze uitspraken. Zelfs een senior director
van Sotheby bezondigt zich daar aan. Dat geeft vertrouwen? Ik wil mijn tijd er verder niet aan besteden.
Misschien is mijn kritiek wel (te) hard maar ik wilde dit toch even kwijt. Bent u het
met het bovenstaande niet eens, laat het mij weten.